Monterders – PC 111.03
Lonen en vergoedingen
Ontdek hier alle elementen waaruit uw loon als werknemer in de sector “monterders” bestaat.

Minimumlonen
Minimumlonen
In de sector van de monteerders worden de lonen geïndexeerd op 1 juli volgens het sectorsysteem.
De indexverhoging op 1 juli wordt berekend door de verhouding te maken tussen de afgevlakte gezondheidsindex van juni van het lopende jaar en de afgevlakte gezondheidsindex van juni van het voorgaande jaar.
Deze verhoging wordt jaarlijkse op 1 juli toegepast op de effectieve lonen en op de minimumlonen.
Op 1 juli 2025 bedroeg de index 2,72%.

Ecocheques
SAMENVATTING
Bedrag : 250 euro
Referteperiode : 1 oktober tot 30 september
Datum van betaling : 1 oktober
Mogelijkheid tot omzetting : Ja
MEER INFORMATIE NODIG ?
Neem contact op met je afgevaardigde of met het Metallo-kantoor van je regio.
Ecocheques
De ecocheque werd in het leven geroepen door het IPA 2009-2010 als een alternatieve koopkrachtverhoging.
Deze regeling blijft gelden, tenzij er in het verleden werd gekozen voor een andere bestemming.
De ecocheque is bestemd voor de aankoop van ecologische producten en diensten. Dit betaalmiddel is vrij van belastingen en sociale bijdragen en blijft tot twee jaar na de uitreiking geldig.
De totale waarde van de ecocheques kan maximaal 250 euro bedragen, met een maximumwaarde van 10 euro per cheque.
Het maximale totaalbedrag geldt voor voltijdse arbeiders van de sector van de monteerders.
Aan deeltijdse arbeiders worden ecocheques toegekend naargelang hun tewerkstellingsbreuk (4/5, ½, …). De uitbetaling dient jaarlijks te gebeuren op 1 oktober ten laatste.
De referteperiode voor de ecocheques loopt van 1 oktober tot 30 september van het volgende jaar.
Welke dagen zijn gelijkgesteld tijdens de referteperiode?
- Alle dagen van tijdelijke werkloosheid
- Alle dagen van ziekte tijdens een periode van tijdelijke werkloosheid gedurende hoogstens 3 opeenvolgende maanden
- Alle dagen die worden gedekt door een gewaarborgd loon
- Alle dagen van afwezigheid wegens een arbeidsongeval
- De dagen van afwezigheid door ziekte of een gewoon ongeval voor hoogstens 3 maanden bovenop de periode gedekt door het gewaarborgd loon en voor zover je in de referteperiode minstens voor 1 dag gewaarborgd loon hebt ontvangen.
- De dagen van moederschapsverlof
- De volledige periode van het geboorteverlof
- Alle dagen profylactisch verlof
- Alle dagen pleegouderverlof
- Alle dagen adoptieverlof
De ondernemingen die ecocheques moeten toekennen op basis van deze CAO kunnen opteren voor een alternatieve en equivalente besteding van de ecocheques voor onbepaalde duur.
De alternatieve besteding gebeurt op basis van een bedrag van 250 euro per arbeider en per jaar (kosten en werkgeverslasten inbegrepen, met uitzondering van de administratieve kosten).

Vervoerskosten
Openbaar vervoer
- Vervoer per spoor
Wanneer de arbeider met de trein naar het werk gaat, heeft hij recht op een vergoeding overeenkomstig artikel 3 van de CAO nr.19 octies betreffende de financiële bijdrage van de werkgever in de prijs van het vervoer van de werknemers, afgesloten binnen de Nationale Arbeidsraad op 20 februari 2009.
- Andere middelen van gemeenschappelijk openbaar vervoer
Wanneer de arbeider naar het werk gaat met in eender welke andere middel van gemeenschappelijk openbaar vervoer, georganiseerd door de regionale vervoersmaatschappijen, heeft hij recht op dezelfde vergoeding als deze bepaald in artikel 4 van de CAO nr.19 octies van 20 februari 2009.
Vanaf 01/01/2020 moet voor de berekening van de te vergoeden afstand voor de middelen van gemeenschappelijk openbaar vervoer andere dan de trein, rekening worden gehouden met de afstand van halte tot halte (geen minimale afstand).
- Combinatie van openbare vervoersmiddelen
Wanneer de arbeider verschillende openbare vervoersmiddelen gebruikt, heeft hij recht op dezelfde vergoeding als deze bepaald in artikel 4 van de CAO nr.19octies van 20 februari 2009 en dit voor de afstand gelijk aan de som van de afstanden van de verschillende vervoersmiddelen.
Modaliteiten van tussenkomst :
De modaliteiten van tussenkomst door de werkgevers ten gunste van de arbeiders die zulk vervoersmiddel gebruiken, worden als volgt vastgesteld: De arbeider legt aan de werkgever een schriftelijke verklaring voor waarin hij certificeert dat hij gewoonlijk een openbaar vervoersmiddel gebruikt, georganiseerd door een regionale vervoersmaatschappij, voor zijn woon-werk verplaatsingen en waarin hij het aantal effectief afgelegde kilometers preciseert. Alle wijzigingen aan deze situatie geeft de werknemer zo snel mogelijk door. De werkgever kan op elk ogenblik de authenticiteit van de hierboven vermelde verklaring controleren.
Privévervoermiddel
Voor de arbeiders die geen gebruik maken van een openbaar vervoersmiddel wordt de tussenkomst van de werkgever berekend op basis van de onderstaande tabel.
Fietsvergoeding
Wat de tussenkomst van de werkgever betreft voor de arbeiders die zich met de fiets verplaatsen, moet worden verwezen naar de tabel in bijlage betreffende het privévervoer.
De werkgever bevestigt jaarlijks de nodige gegevens die het de arbeider mogelijk maken zijn fietsgebruik aan te tonen.
Deze gegevens hebben betrekking op de in aanmerking genomen afstand tot de werkplaats, het aantal gewerkte dagen en de betaalde vergoeding.
Betalingsmodaliteiten
worden de De bijdrage van de werkgevers in de door de arbeiders gedragen vervoerskosten wordt tenminste eenmaal per maand betaald. Indien de werkgever het vraagt, arbeiders reaan gehouden de verplaatsingsmiddelen die ze gebruikte te melden. Ze zullen op eigen initiatief elke wijziging van verblijfplaats of van vervoersmiddel melden.
Georganiseerd gemeenschappelijk vervoer
Wanneer een werkgever of een groep van werkgevers een gemeenschappelijk vervoer van werknemers organiseren, moet deze CAO als uitgevoerd worden beschouwd zodra de lasten voor de onderneming per werknemer voor dezelfde afstand gelijk is aan de vergoeding die verschuldigd zou zijn ingeval het vervoer per trein plaatsvond. Indien dit niet het geval is, zal de toepassing van het beginsel dat de vergoeding minimaal gelijk is aan de tussenkomst voor treinvervoer, voor dezelfde afgelegde afstand paritair op het vlak van de onderneming worden geregeld.
Voor de berekening van de afstand moet ermee rekening gehouden worden dat het georganiseerd gemeenschappelijk vervoer over het algemeen niet de directe weg tussen de woonplaats van de werknemer en de plaats van de tewerkstelling volgt. In voorkomend geval zal de afstand die als basis dient voor de vergoeding van de werkgever, op het vlak van de onderneming paritair worden bepaald.
Wanneer de werknemer tegelijk gebruik maakt van een door de onderneming georganiseerd vervoermiddel en van een ander vervoermiddel, zal de vergoeding worden berekend op basis van de totale afgelegde afstand, evenwel met aftrek van de reeds door de werkgever gedragen kosten voor het door hem georganiseerd vervoer.
Bedragen
De bedragen van de tussenkomst van de werkgever in de vervoerskosten in het PC 11103 worden jaarlijks op 1 februari geïndexeerd overeenkomstig de verhoging van de treinkaart van de NMBS.
Verplaatsingstijd en overbruggingstijd
De verplaatsingstijd van het verzamelpunt tot de werf en omgekeerd wordt sinds 24 januari 2001 niet langer beschouwd als arbeidstijd, mits volgende voorwaarden vervuld zijn:
- er moet een collectieve arbeidsovereenkomst afgesloten worden op ondernemingsvlak;
- De verloning mag in geen geval lager zijn dan het minimumloon;
- de normale daggrens, bepaald in het arbeidsreglement van de onderneming, moet reeds bereikt zijn;
- De normale weekgrens inzake arbeidsduur moet reeds bereikt zijn.
Voor de kraanmannen geldt een bijkomende regel: hun niet met arbeidstijd gelijkgestelde verplaatsingstijd wordt beperkt tot maximum 3 uren per dag en 13 uren per week.
De overbruggingstijd wordt sinds 24 januari 2001 niet langer beschouwd als arbeidstijd, mits volgende voorwaarden vervuld zijn:
- er moet een collectieve arbeidsovereenkomst afgesloten worden op ondernemingsvlak die zowel de verloning als de modaliteiten inzake deze overbruggingstijd regelt;
- De verloning mag in geen geval lager zijn dan het minimumloon;
- de normale daggrens, bepaald in het arbeidsreglement van de onderneming, is reeds bereikt;
- de normale weekgrens inzake arbeidsduur is reeds bereikt;
- de niet met arbeidstijd gelijkgestelde overbruggingstijd moet beperkt blijven tot maximum 1 uur per dag en 5 uren per week.

Premies
Koopkrachtpremie
In het akkoord 2023-24 werd voorzien dat alle ondernemingen uit de sector hun werknemers een koopkrachtpremie moeten toekennen, met inachtneming van de volgende voorwaarden:
- Toekenning van een koopkrachtpremie in alle bedrijven waarvan de ROA in 2022 gelijk is aan of hoger is dan 3%.
Het minimumbedrag van de koopkrachtpremie in deze bedrijven is 200 euro. De ROA wordt gedefinieerd als de Return on Assets, d.w.z. het bedrijfsresultaat (code 9901 in de jaarrekening) gedeeld door het balanstotaal (code 10/49 of 20/58).
Bedrijven die de minimumdrempel bereiken en bovendien in 2022 een bedrijfswinst (code 9901) boeken die voldoet aan de onderstaande criteria, moeten een hogere koopkrachtpremie toekennen die afhankelijk is van het bedrijfsresultaat (code 9901) voor het boekjaar 2022 in vergelijking met het gemiddelde bedrijfsresultaat (code 9901) voor de periode van 2018 tot en met 2021.
Bedragen:
- 350 euro: als code 9901 in 2022 ≥ 15% is dan code 9901 over 2018-2021
- 500 euro: als code 9901 in 2022 ≥ 25% is dan code 9901 over 2018-2021
- 750 euro: als code 9901 in 2022 ≥ 50% is dan code 9901 over 2018-2021
De betaling wordt uitgevoerd in december 2023.
De betaling gebeurt pro rata van het arbeidsstelsel en de verrichte (of gelijkgestelde) prestaties tijdens de referentieperiode tussen 1 oktober 2022 en 30 september 2023.
De arbeiders en arbeidsters moeten 1 maand anciënniteit hebben en in dienst zijn op het moment van de uitbetaling.
Opting-outclausule : de werkgever en de vakbondsafvaardiging kunnen overeenkomen om de sectorale koopkrachtpremieregeling in dit ontwerp van sectorakkoord niet toe te passen en in plaats daarvan te voorzien in een bedrijfsspecifieke koopkrachtpremie. Bij afwezigheid van een vakbondsafvaardiging neemt de werkgever deze beslissing met instemming van de meerderheid van de arbeiders.
Het akkoord over deze opting-out en de bedrijfsspecifieke tegemoetkoming moet het voorwerp uitmaken van een collectieve arbeidsovereenkomst die uiterlijk op 30 oktober 2023 op bedrijfsniveau wordt afgesloten. In deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt een rechtvaardiging toegevoegd die inhoudt dat het om een bedrijf gaat dat tijdens de crisis goede resultaten heeft geboekt.
Bij het ontbreken van een dergelijke cao is de sectorale regeling met betrekking tot de koopkrachtpremie van toepassing.
Aanrekening van een eventueel reeds toegekende koopkrachtpremie na 28 april 2023.
De premie neemt de vorm aan van een papieren of elektronische consumptiecheque. Deze cheque is geldig tot einde december 2024.
Eindejaarspremie
Het bedrag van de eindejaarspremie bedraagt 8,33% van het jaarlijks brutoloon.
Maken ook deel uit van dit jaarlijks brutoloon:
- Het normaal loon dat overeenkomt met afwezigheden omwille van een arbeidsongeval (voor zover er prestaties zijn tijdens het refertejaar), klein verlet, wettelijke feestdagen, zwangerschaps-en bevallingsrust, vaderschapsverlof;
- Het normaal loon voor de gepresteerde uren in het kader van de overbruggingstijd en de verplaatsingstijd;
- Het betaalde loon voor inhaalrust en de uitbetaalde overuren (m.u.v. het overloon);
- Sinds 1 oktober 2023 wordt bij de berekening van de eindejaarspremie ook rekening gehouden met tijdelijke werkloosheid.
- het geplafonneerde normale loon in geval van betaald educatief verlof.
Rechthebbenden :
- Dit bedrag is verschuldigd aan de arbeiders die op 30 november van het referentiejaar in het personeelsregister van het bedrijf zijn ingeschreven.
- De rechthebbenden van een arbeider die overlijdt tijdens het referentiejaar hebben recht op de eindejaarspremie op basis van het brutoloon dat de betrokkene ontving.
- Sinds 1 juli 2017 wordt het percentage van 8,33% toegepast op het tijdens het refertejaar verdiende loon voor arbeiders van wie de arbeidsovereenkomst tijdens de referteperiode afloopt, ongeacht de manier waarop de arbeidsovereenkomst wordt beëindigd (behalve in het geval van ontslag van de arbeider door de werkgever wegens dringende reden).
- Wanneer de werknemer ontslag neemt, heeft hij ook recht op een eindejaarspremie, op voorwaarde dat de werknemer ten minste één jaar bij het bedrijf in dienst is.
- De eindejaarspremie is verschuldigd aan de arbeiders die op 31 december van het refertejaar in het personeelsregister zijn ingeschreven. Het referentiejaar is het kalenderjaar dat voorafgaat aan de betaling van de eindejaarspremie. Pro rata eindejaarspremie, de eindejaarspremie wordt pro rata uitbetaald, ongeacht de wijze waarop je de onderneming verlaat;
- Opzegging door de arbeider met minstens 1 jaar anciënniteit in de onderneming;
- Afdanking zonder dringende reden;
- Opzegging tijdens tijdelijke werkloosheid;
- Na tewerkstelling bij verschillende werkgevers binnen de sector;
- Bij SWT en wettelijk pensioen.
De eindejaarspremie wordt uitbetaald in december. De referteperiode loopt van 1 december van het voorgaande jaar tot 30 november van het lopende jaar.
Syndicale premie
Een syndicale premie wordt jaarlijks toegekend aan arbeiders die lid zijn van één van de interprofessionele representatieve werknemersorganisaties, die in het nationaal vlak zijn verbonden.
De syndicale premie bedraagt 120 euro voor de actieven. Vanaf 2024 zal ze worden verhoogd naar 125 euro en in 2025 naar 130 euro.
Sectorale premies
- Premie voor nachtwerk : De arbeiders die tussen 20 uur en 6 uur tewerkgesteld worden, ontvangen een premie van 25% van het uurloon dat hun tijdens de dag wordt uitbetaald.
- Premie voor lastige werken : Een premie van 10% van het uurloon wordt toegekend aan de arbeiders die ongezond, hinderlijk of pijnlijk werk moeten verrichten. Het gaat om de volgende werkzaamheden:
- werkzaamheden uitgevoerd aan gasgeneratoren en leidingen, gasovens in werking, stookoliereservoirs;
- werkzaamheden uitgeoefend in abnormaal vochtige, stofferige, vettige en olieachtige plaatsen;
- werkzaamheden uitgevoerd door werklieden als zij blootstaan aan de invloed van vuur, water, gassen, zuren en bijtende stoffen.
- Het akkoord voor 2023-2024 voorziet in een herziening van de definitie van het toepassingsgebied, de toepasbaarheid en de verifieerbaarheid van de premie.
- Scheidingspremie : Een premie van 16,37 euro per nacht wordt betaald aan de arbeiders die, omwille van beroepsbezigheden, de nacht buiten hun woonplaats moeten doorbrengen. Deze premie zal op 1 juli 2024 worden geïndexeerd.
Terugroepingspremie : De arbeiders die van hun woonplaats voor een buitengewoon werk worden teruggeroepen naar de werf of de werkplaats hebben recht op een terugroepingspremie. De hoogte van deze premie wordt op het bedrijf vastgelegd maar moet ten minste gelijk zijn aan drie uren loon. - Kledijvergoeding : Het sectorakkoord 2023-2024 voorziet in een aanpassing van de kledijvergoeding in overeenstemming met de RSZ-richtlijnen, met ingang van 1 oktober 2023.
- 1,02 euro per dag voor werkkledij van de werknemer die nodig is voor het uitoefenen van de functie en die regelmatig moet worden gereinigd vanwege een zeer vuile omgeving.
- 2,04 euro per dag voor werkkledij (overalls, veiligheidsschoenen, enz.) indien de werknemer zelf verantwoordelijk is voor het onderhoud/de reiniging.
- Minimaal 16,37 euro per maand voor ten minste 12 werkdagen en 8,19 euro per maand voor 6 tot 12 werkdagen.
- Vakantiepremie : Een jaarlijkse vakantiepremie van 180,19 euro, hetzij 16,38 euro per gepresteerde maand met een maximum van 11 gepresteerde maanden, wordt vóór 1 juli aan de arbeider betaald. Voor de arbeiders die in dienst komen tijdens het kalenderjaar wordt de vakantiepremie pro rata uitbetaald. Deze premie zal op 1 juli 2024 worden geïndexeerd.

Aanvullend pensioen
Pensioenfonds Metaal
Aanvullend pensioen
Dankzij werkgeversbijdragen gestort aan het Pensioenfonds Metaal kan een aanvullend pensioen worden opgebouwd voor de arbeidsters en arbeiders die ten minste één jaar hebben gewerkt in de sector van het PC111.03.
PAGINA IN HOUD
Ontdek uw bedrijfssector
Of je nu werkt in de burgerluchtvaart, carrosseriebouw, metaalhandel of een andere industriegerelateerde sector, wij hebben relevante informatie voor jou. Kies hieronder uw sector om toegang te krijgen tot specifieke bronnen, nieuws en advies op maat van uw vakgebied.
Selecteer je sectie voor meer gerichte informatie

