Non-ferrometalen - PC 105

In toepassing van de "Arbeidsdealwet" is een individueel recht op opleiding van 4 dagen in 2023 en 5 dagen in 2024 ingevoerd voor een voltijdse werknemer. De ondernemingsraad is verantwoordelijk voor het toezicht op de opleidingsinspanningen.

De opleidingen die in aanmerking worden genomen om het aantal individuele opleidingsdagen te bepalen, zijn formele en informele opleidingen (opleidingen die rechtstreeks verband houden met het werk) en opleidingen over welzijnszaken zoals bedoeld in de wet van 4 augustus 1996 betreffende het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk.

Elk jaar vóór 31 maart stellen de bedrijven een bedrijfsopleidingsplan op.

De bedrijfsopleidingsplannen zullen rekening houden met de opleidingsinspanningen die de bedrijven al hebben geleverd, alle wettelijk voorziene opleidingscategorieën zullen worden aangemoedigd en er zal maximale aandacht worden besteed aan alle categorieën arbeiders, inclusief laaggeschoolde arbeiders en arbeiders van 50 jaar en ouder.

De ondernemingsraad zal ook over deze materie worden geraadpleegd.

Als er geen ondernemingsraad is, zal de vakbondsafvaardiging worden geraadpleegd. Als er geen ondernemingsraad en geen vakbondsafvaardiging is, wordt het comité voor preventie en bescherming op het werk geraadpleegd. Voor de overige bedrijven wordt het bedrijfsopleidingsplan voorgelegd aan het paritair comité.

In elk geval wordt het opleidingsplan uiterlijk op 1 maart van elk kalenderjaar voor advies voorgelegd.

Uitzendkrachten die minstens 6 maanden zonder onderbreking voor het bedrijf hebben gewerkt, hebben recht op dezelfde opleidingsregeling.